Agadir
Een nieuw aangelegde havenkom met ligplaatsen
voor lokale kleine motorbootjes en een aantal grotere en langere steigers voor
zeilende passanten. Om de haven heen een galerij met winkeltjes, met veelal
zeer modieuze kleding, er is zelfs een hele grote Zara voor zowel dames als
heren. De winkel wordt bewaakt door drie militairen voorzien van grote geweren.
Verder is een er kapper en veel koffietentjes en ijswinkels en een paar
restaurants. Een van de restaurants was ons door Nico Visser aangeraden “Pure
Passion” gerund door een Nederlandse groetenteler. Wij ontmoeten hem, Karel van
Oers, een aardige man die sperciebonen en andere groenten kweekt eerst in
Nederland, daarna in Frankrijk om een langer seizoen te hebben en nu in Marokko
en in Senegal en nog wat landen in Afrika. Hij sprak er zeer bevlogen over. En
het restaurant deed hij “erbij, gewoon omdat het leuk is, weet je”. We hebben
er heerlijk gegeten en er stond een overvloed aan groenten op tafel. Verder
vonden we niet zo veel aan Agadir. En die modieuze winkels begrepen we pas de
volgende dag. Ladingen toeristen slenterden door de haven en gingen natuurlijk
shoppen, het is tenslotte vakantie.
Wij deden nog wat onvermijdelijke klussen aan
het schip, zo lekte de warmwaterslang van de boiler. De boiler was er bij de
reparatie in Sada uitgehaald. Ik had na een paar dagen alle aansluitingen van
de slangen gecontroleerd, kennelijk had ik er eentje te strak aangedraaid,
waardoor de klem zich in de slang had geperst, die slang staat onder druk, dus
dan is het een kwestie van tijd en dan gaat ie lekken. Dat weer opgelost.
Inmiddels was het ook tijd voor de kapper. Aangezien ik ook grijs wordt, mijn
haar althans, danwel dat het wat ongezellig en saai in de winter wordt bij
gebrek aan zon op mijn bol, doet de kapper daar wat aan. Ik heb voor een jaar
verf meegenomen om de uitgroei te lijf te gaan. Dus ik op weg naar de kapper
met het recept en de tubes. Ik leg het uit en geef het af, ze begreep het
helemaal. Zij sprak net als ik niet al te best Frans en heel goed Arabisch, dus
tja. Zij aan de gang met de verf eerst netjes in de uitgroei en daarna smeerde
ze alles over mijn hoofd uit, nadat ze nog even wat had bijgemaakt en gewoon
van de ene tube en van de andere tube wat mengde niet kijkend naar het recept.
Ik begon me een beetje zorgen te maken, zeer terecht bleek een uur later. Ik
protesteerde zeer en zei dat ze mijn haar moest uitwassen. Ze begreep het niet
of wilde het niet begrijpen. Ik heb het maar gelaten en dacht ik zie het wel.
Het resultaat mocht er niet zijn. Het knippen werd ook al een drama. Ze begon
en ging vervolgens bij de mannen afdeling van de kapper een collega halen, die
het overnam. Ik maar roepen dat ik het niet te kort wilde en niet zus en ook
niet zo. Resultaat een idioot geknipt hoofd met grijzig haar. Terug aan boord
schoot Klaas enorm in de lach en vroeg zich af bij wie ik in godsnaam was
geweest. Mijn haar groeit wel weer aan en de zon zal zijn werk wel weer doen.
Ik ben wel een beetje blij dat jullie me niet zien. Heb alleen Sas een paar
foto’s gestuurd, die niet op fb mogen worden gezet!!!
De windkaarten bestudeerd we willen naar de
Canarische eilanden, te beginnen bij Lanzarote. De wind zit niet in de goede
hoek, onze koerslijn is 245 graden en de wind komt uit die hoek, dus wind tegen
en ook niet al te veel wind. Nu zag het er voor de komende dagen niet beter
uit. We gaan. Dat betekent uitklaren, diesel tanken. Diesel tanken gaat snel,
maar het uitklaren niet. Je meld je bij het havenkantoor, die vervolgens met de
politie en de douane belt, die langs moeten komen om je paspoort te stempelen
en ???? Ja wat verder, weet ik ook niet, je moet gewoon wachten, het duurde
ruim drie uur.
Op weg. Er stond een rare klotszee buiten,
hoge korte steile vervelende golven. Zeil gehesen, motor beetje bij om
enigszins hoogte te houden en niet op een Marokkaans strand te belanden. Het
werd een vervelende tocht. Eten klaar maken, voor Klaas, de kok was erg lastig.
Te meer daar ik kans zag om de rijst te klef te laten zijn en Klaas de nasi kruiden
niet kon vinden. Het was binnen nl erg warm en het ging nogal te keer, dus als
je een kastje niet voorzichtig open doet krijg je de hele inhoud over je heen,
dus geen nasi kruiden. Het was een, laat ik zeggen, bijzondere maaltijd die we
uit een soepkom aten omdat het niet anders ging. Een gouden regel aan boord is
dat je nooit mag klagen over het eten! Goed we hadden een rommelige nacht met
af en toe enorme regen buien. De volgende ochtend bleek het brood dat we hadden
gekocht, groen uitgeslagen dus dat ging naar de vissen. Aangezien afwassen de
vorige avond niet mogelijk was stond
alles er nog inclusief de nasi. Dus wat aten we als ontbijt, omdat nasi na een
dagje staan (meestal) lekkerder wordt, nasi!! Deze keer was het niet echt
lekkerder geworden. Inmiddels waren we wel ingeslingerd, dus de lunch werd een
stuk beter.
Het wachtsysteem dat we hanteren is ’s avonds
en ’s nachts 4 uur en overdag 6 uur. Dus te beginnen om 20.00 uur tot
middernacht, middernacht tot 0400 uur, dan van 0400 tot 0800 uur en daarna van
0800 tot 1400 en van 1400 tot 2000 uur. Ten eerste heb je dan niet iedere keer
de zelfde wacht, omdat je de 24 uur in 5 delen deelt. Ten tweede is het ’s
nachts in het donker toch lastiger dan overdag. En wat doe je dan tijdens je
wacht? Hopen dat het blijft waaien, omdat dan de Aries windvaan zijn stuurwerk
kan doen. Als het niet waait, doet hij het niet en helaas had de gerepareerde
stuurautomaat het nu om een andere reden begeven. Als je ook nog moet sturen
tijdens je wacht kan je niet naar binnen om thee te zetten of buiten een boek
lezen of naar een boek te luisteren of de sterren bestuderen, wat ik graag doe.
Met een sterren app op mijn Ipad lig ik dan op mijn rug in de kuip te kijken en
te leren wie is ook al weer waar. De Grote Beer staat zo Zuidelijk als we nu
zijn inmiddels op zijn steel, maar Polaris de Poolster staat gelukkig gewoon in
het Noorden. In de vroege ochtend komen de planeten Venus, Jupiter en Mars in
het Oosten op. Vooral Venus is enorm helder, dat leidde er al een keer toe dat
bij de wisseling van de wacht Klaas me wees op een zeilschip dat er aan nogal
snel aan kwam en gek genoeg niet een driekleuren toplicht voerde maar een
rondschijnend wit licht, heel ongebruikelijk voor (grote) zeilschepen. Je
begrijpt het al het was geen toplicht maar Venus die opkwam.
De wind bleef waaien, maar nog steeds uit de richting waar we heen
moeten. Het werd een lange “kruis”tocht. De afstand recht over de kaart is
ongeveer 220 mijl, ruim 2 etmalen varen. We hebben 340 mijl gevaren en deden we
er dus bijna 3 dagen over. Wanneer komt toch eens die Noordelijk danwel
Oostelijke wind, zou ik erg fijn vinden.
De paarse lijn is de gevaren route. |
We lazen in de Pilot, dat je bij Arrecife, de
hoofdstad, alleen kunt ankeren. Dat is geen probleem natuurlijk maar met de
noodzaak een monteur voor het stuurautomaat aan boord te krijgen, leek dat geen
handige zaak, dus door naar Puerto Calero, waar een jachthaven is. Aangekomen,
ingeklaard, diesel getankt en op naar de ligplaats en op zoek naar een monteur.
Gelukkig vond ik er eentje, gebeld en uitgelegd wat er aan de hand is en hij
zou de volgende ochtend in ieder geval even komen kijken. Hetgeen geschiedde.
Tja hij vermoed dat de roerstandgever kapot is, hij heeft een nieuwe liggen,
maar natuurlijk geen tijd en ook niet morgen, op z’n vroegst maandagochtend.
Tja was moet je, geen keuze. Wachten wederom.
Goed niet getreurd, de was gedaan, auto gehuurd. We gaan het eiland verkennen. Een vulkanisch eiland met veel kale "bergen", zwarte vlaktes en nog meer cacteeën.
Er wonen 150.000 mensen op Lanzarote
en er komen per jaar 1.2 miljoen toeristen, dus er staan erg veel
appartementen, die gelukkig niet in de hoogte zijn gebouwd. We wilden Arrecife
graag bezoeken, want we hadden begrepen dat er inmiddels wel een jachthaven is,
die dus niet in mijn Pilot stond. Daar een kijkje genomen. Een wat grotere
haven dan waar wij nu liggen en daar troffen we de vloot aan die de solorace (Mini
Transat) naar Point a Pitre gaat varen, ze kwamen al uit Douarnenez. Zo’n 80
kleine bootjes, ik geloof niet langer dan 6.50 meter. Het zijn ware
racekanonnen. Leuk om te zien en blij dat ik daar niet aan mee doe.
We komen wat “bekenden” uit Marokko tegen
en vinden zo waar ook een ijzerwinkel en kopen er wat M8 borgmoeren om het
deels losgetrilde frame van de Aries windvaan mee vast te zetten. Ook een bout
van het frame van de hydrogen (watergenerator)
was losgetrild en overboord gevallen, dus die hangt nu o.a met een touwtje
vast, omdat de borging ook in de zee is verdwenen. Alles zit nu weer vast met
extra moeren. Het is ieder keer toch weer verbazingwekkend hoeveel dingen er
kapot gaan, lostrillen, doorslijten etc. Terwijl ik toch zeer regelmatig van
alles en nog wat controleer, vastdraai en verstevig. Een schrale troost is dat we
niet anders horen van andere schepen, maar toch.
Zodra de stuurautomaat het weer naar behoren
doet en er nog wat kleine dingen zijn opgelost vertrekken we naar Gran Canaria
alwaar Dingeman Boogert zich bij ons zal voegen om met zijn drieën naar Gambia
af te zakken, zo’n 1000 mijl naar het Zuiden.